In 2009 publiceerde de werkgroep participatie haar aanbevelingen voor de vernieuwing van het stedelijke participatiebeleid in Vlaanderen. De werkgroep was geïnstalleerd door Minister Marino Keulen en werkte gedurende een jaar, in overleg met sleutelfiguren uit de steden en de VGC, aan een kader voor het stedelijk participatiebeleid. Het uitgangspunt was dat burgers veranderen, dat het middenveld verandert en dat daarom ook participatiepraktijken veranderen. In alle steden en in de Brusselse context wordt op dat vlak gezocht en worden nieuwe vormen van aanpak uitgeprobeerd. Er leven veel vragen, er zijn veel interessante praktijken. De werkgroep pleitte voor een meer overwogen omgang met participatie en tekende de contouren van de inhoud van een vernieuwd participatiebeleid.  De nadruk ligt vooral op het organisatiebreed inbedden van het meer systematisch omgaan met de keuzes voor participatie. De werkgroep gaf aan wat de impact daarvan kon zijn op de werking, de organisatie en het management van stadsorganisaties en van stadsbesturen.

Het Kenniscentrum Vlaamse Steden ontwikkelde samen met het kabinet en de Vlaamse administratie een aanbod aan de centrumsteden om de voorstellen van de werkgroep participatie in elke stad ter discussie te leggen en na te gaan welke concrete acties of programma's steden konden ontwikkelen in het kader van het vernieuwd participatiebeleid. Negen centrumsteden tekenden op dit aanbod voor een begeleidingstraject in: Kortrijk, Oostende, Roeselare, Sint-Niklaas, Gent, Turnhout, Antwerpen, Genk en Leuven. In Antwerpen is het project later opgestart. Voorlopig vind je dus nog geen informatie over het traject in Antwerpen.

In de acht andere centrumsteden is in de loop van 2010 en in het begin van 2011 gewerkt met een werkgroep van politici en/of ambtenaren. In elke centrumstad is de eigen praktijk daarbij als uitgangspunt genomen en werd gezocht welke veranderingstrajecten op maat van de stad konden worden uitgewerkt. In de acht centrumsteden zijn uiteindelijk een of meerdere voorstellen op het college besproken. Afhankelijk van de eigen keuzes van de stadsbesturen konden voorstellen in eigen beheer worden uitgewerkt of kon worden gekozen voor externe begeleiding. Voor die begeleiding draagt de Vlaamse overheid (team stedenbeleid) 5000 euro per stad bij.