Toe-eigening van de ruimte

Leeswijzer

Voor het thema ‘Toe-eigening van de ruimte’ is er gekozen voor het participatieproces bij de aanleg van het Park Spoor Noord in Antwerpen. Als analoog project wordt het participatieproces bij het stadsvernieuwingsproject Vaartkom te Leuven toegelicht.
 
Park Spoor Noord – Antwerpen

Agemene context van het project

Met het Park Spoor Noord kreeg Antwerpen er een nieuw 18 ha groot stadspark bij. Een verlaten spoorwegemplacement werd omgeturnd tot een groene recreatieve strook. Dit nieuwe stadspark moet impulsen geven aan de buurten Stuivenberg, Seefhoek, Dam. Buurten met een dense bebouwing en weinig groen.

Park Spoor Noord is intussen een succesverhaal gebleken en ook de wijze waarop heel dit proces werd aangepakt, met veel communicatie en participatie, oogst waardering. Niet verrassend dus dat Park Spoor Noord de ‘Thuis in de Stad-prijs’ en de ‘Prijs van de Vlaamse bouwheer’ kreeg van de Vlaamse overheid.

De vraag naar meer groen leefde reeds lang in deze buurten, vertolkt door de actieve buurtwerkingen en buurtorganisaties. Toen de NMBS aankondigde dat ze de terreinen van het voormalige spoorwegemplacement zou verlaten bleek dit een unieke kans. Tegelijk boden zich financiële middelen aan via het Federaal Grootstedenbeleid en Europese fondsen vanuit het Doelstelling II-programma. Het stadsbestuur zag snel de unieke mogelijkheden van dit terrein en zette een eigen projectstructuur in de steigers.

Met een terugblik op het voorbije decennium springt de doorgedreven communicatie en participatie in het oog en de professionele wijze waarop deze werd aangepakt. De projectregie onderscheidt drie vormen van communicatie:

Reguliere communicatie

Het stedelijk beleid staat centraal. De klemtoon ligt hier op informatie en procedurele communicatie. Goede informatie is essentieel voor elk participatieproces. Hier kreeg het vorm via nieuwsbrieven, een website, folders en brochures, regelmatige info in de Antwerpenaar en hoorzittingen volgend uit officiële procedures (openbaar onderzoek).

Publieke participatie

Het project staat centraal in de inspraakmogelijkheden die aan bewoners wordt geboden: een enquête bij aanvang van het proces met onder meer straatinterviews, een praatcafé over de eerste visies, een ‘Trek-je-Plan’ -dag waarbij bewoners hun verwachtingen naar voren konden brengen (later vertaald in de projectdefinitie voor de toekomstige ontwerpers), een investeerdersseminarie ‘krijg een visioen’ voor wie wou investeren in de site, een debat met de ontwerpers in een tent, het programma ‘park in zicht’ waarbij het definitief ontwerp aanschouwelijk werd voorgesteld in de loods op het terrein enz.

Wervend programma

De plaats van verandering staat centraal. Het wervend programma speelt in op emoties, belevingen en dit via culturele activiteiten op het terrein in verandering. Het maakt gebruik van de locatie en geeft die een betekenis, laat mensen vertrouwd worden met dit voor hen voordien niet-toegankelijke terrein en laat de mogelijkheden van dit terrein kennen. Bijvoorbeeld via activiteiten van De Zomer van Antwerpen die onder meer theater programmeerde in de loods, wandelingen, een loopwedstrijd, evenementen, video… Een complex gebied in verandering werd op die manier toegankelijk gemaakt voor een breed publiek. Het wervend programma werd gestuurd vanuit de dienst sociale zaken – wijkwerking en dit programma liep parallel met de procesplanning en de communicatie.

Ingezette informatie- en participatiemiddelen
 
Mijlpalen in het planproces

In deze procesreconstructie focussen we op de participatie, maar dit kan natuurlijk niet los gezien worden van het planproces. Dit planproces bestond uit drie fases:

2001 – 2002: visievorming vertaald in een consensusnota
2002 – 2005: ontwerpfase, beleidsovereenkomst met de NMBS en een internationale ontwerpwedstrijd
2005 – 2009: uitvoeringsfase: doorlopende planning en uitvoering, aanleg van het park en herbestemming gebouwen

Mijlpalen in de communicatie & participatie

1999:
Enquête uitgevoerd door de dienst wijkontwikkeling bij de bewoners en passanten in de omgeving van het spoorwegemplacement. De enquête toont duidelijk aan dat een park voor sport en vrije tijd de topprioriteit is voor de bewoners. De buurtbewoners maken via de enquête de grote nood aan groen duidelijk, signalen die eerder ook al te horen waren bij de diverse bewonersgroepen uit Antwerpen Noord.

2000:
Goedkeuring subsidie van Federaal Grootstedenbeleid als startschot van het project. De opening van het Damstation met een tijdelijke inrichting als horeca en ontmoetingsplek. Bewoners konden toen hun stem uitbrengen door in een grote bokaal muntjes in een gleuf te steken bij het bestemmingsscenario van hun voorkeur.

2001:
Er vinden drie denkdagen plaats met de stedelijke diensten en kabinetten met als doel vanuit de verschillende verwachtingen en belangen te komen tot een gezamenlijke visie op de ontwikkeling van de site. Parallel vinden er workshops plaats met bewoners en wijkactoren. Zowel workshops als denkdagen krijgen een wetenschappelijke onderbouwing (VUB Menselijke ecologie) over groenbehoeften. Het resultaat van denkdagen en workshops is een consensusnota die ook de rode draad vormt voor het vervolgtraject. De resultaten van deze visievorming worden gepresenteerd aan de hand van een interactieve tentoonstelling en bediscussieerd tijdens een praatcafé in Dam Central (Damstation).

2002:
In september 2002 nemen meer dan 200 buurtbewoners deel aan de ‘Trek-je-Plan’-dag. Zij kunnen hun dromen en ideeën rond tien thema’s aan de stad en de geselecteerde ontwerpbureaus overmaken. Er zijn geleide wandelingen, er wordt aan de hand van maquettes en luchtfoto’s gebrainstormd en gediscussieerd, en deskundigen geven uitleg bij de plannen. De deelnemers krijgen nadien een plantje mee naar huis. Alle voorstellen en ideeën van de bewoners worden achteraf gebundeld en op een infodag overgemaakt aan de vijf geselecteerde ontwerpbureaus, met de uitdrukkelijk vraag om de informatie te integreren in het lopende ontwerpproces. 

2003:
-  Begin 2003, nadat de jury het winnende project heeft aangewezen, wordt een tentoonstelling georganiseerd over de vijf geselecteerde ontwerpen. Opnieuw krijgen de bewoners de kans om niet alleen hun aan- en opmerkingen bij het winnende project, maar ook hun wensen en suggesties bekend te maken. Tijdens een praatcafé gaan bewoners in debat met de ontwerpers. 
-  Er vinden wandelingen plaats met het ontwerpteam en de buurtbewoners.
-  De opening van de Perrierhal als tijdelijke buurtsporthal. Een deel van de site werd met andere woorden in (voor)gebruik genomen.
-  Park in Zicht: een event dat plaatsvond in de grote spoorwegloods. Die werd gedurende een week ingericht als park. Er kwamen meer dan 3000 mensen op af. Hier is ook een grootscheepse communicatiecampagne aan gekoppeld. Met vier eenvoudige begrijpbare iconen werd de komst van het park aangkondigd (konijn, zitbank, schommel en skaters). Deze iconen werden gedrukt op grote panelen die rond de site werden bevestigd (en waarvan sommigen jarenlang bleven hangen), op posters die wijd werden verspreid in buurt en stad en op stickers die werden uitgedeeld in plaatselijke lagere scholen. 

2005:
-  Belvedèreplatform & Tournée général: vertaling van het technische plan in een voor iedereen begrijpbaar en leesbaar plan. Er was een infoplattegrond op een centraal en toegankelijk punt op het terrein. De infoplattegrond werd ook in postervorm gedrukt en breed verspreid in de buurt. Verschillende horecazaken hingen de poster maandenlang op. Op een A3 affiche werden 4 striptekeningen gedrukt die een mogelijk parkgebruik verbeeldden: moeder en kind, een BMX’er, oude man op de bank en basketters. Deze affiches werden uitgedeeld in horecazaken als placemats (onderlegger) en in de scholen als kleurplaten.
-  Er werd getafeld met moeilijk bereikbare doelgroepen. Via plaatsbezoeken en gesprekken face tot face in kleine groepen (moskee, huis van de armoede, seniorenraad…) werden zij betrokken. Begeleiders beschikten over een koffer met stalen van de toekomstige parkinrichting zodat alles zeer verbeeldend werd besproken. De strategie bestond er in om zelf naar deze doelgroepen te stappen in hun eigen vertrouwde omgeving.

2006:
Opening van het Damplein met sportevents en circusacts.

2007:
-  Focus op het Noord: tentoonstelling over het park en de deelprojecten (gebouwen) gecombineerd met tentoonstellingen van eindwerken van SISA (kunstonderwijs) in de parkloods. Er werd een overzichts-brochure gedrukt met een stand van zaken van alle deelprojecten. Op al deze momenten werd feedback gevraagd aan de bewoners.
-  Proper: wandeling met koptelefoons rond de site met uitleg over sanering, stadontwikkeling en historiek.

2008/2009:
25 mei 2008 opening van het park met een groots feest. Drukwerk van de definitieve parkplattegrond als infobord en kleinere infoborden om het parkgebruik en parkbeheer aan de man te brengen, ecopunt als infopunt over ecologische keuzes in het park.

Wervend programma

Het wervend programma staat voor een reeks van activiteiten, evenementen met een overwegend culturele insteek, met als doel de betrokkenheid van bewoners bij de plaats van verandering te organiseren en te versterken. Het terrein voor het wervend programma is ruimer dan het huidige Park Spoor Noord. Het Spoor Noord gebied gaat ook over andere stadsvernieuwingsprojecten in de 2060 wijk: Stuivenberg/ Dam, Lobroekdok en slachthuissite…

Alle evenementen van dit omvattend programma vermelden en beschrijven is onbegonnen werk. Het gaat immers om tientallen acties en evenementen die plaatsvonden in de periode 2000 tot en met 2008 We vermelden hier illustratief wat onder meer aan bod kwam in het wervend programma:

  • Den Dam vertelt door Vilanella en Tweetakt/Het Paleis: vertelparcours voor kinderen vanaf 8 jaar langs locaties op den Dam: 16 – 21 april 2001;
  • Den Dam Zingt, met deelname van het theatergezelschap Martha!tentatief: 29 juli 2001;
  • Tussen Licht en Donker, een theatrale wandeling op het spoorwegemplacement: 1 – 4 mei 2002;
  • Foto-expo ‘jongeren en ruimte op Antwerpen Noord’, ter gelegenheid van de opening van de Perrierhal: maart 2003;
  • T’Winkelend Noord, een straattheaterfestival in alle winkelassen van het Noord: september 2004;
  • ‘Kunst op het Spoor’ – Koninklijke Academie voor Schone Kunsten Antwerpen en Sint Lucas Antwerpen: augustus – december 2004;
  • Vliegeren op het emplacement: juli 2005;
  • Stratenloop: 30 september 2006;
  • Proper! – Saneringstocht door Spoor Noord met audioguide: 30 mei tot 31 december 2007;
  • Feestweek op woonboot op het Lobroekdok met boekpresentatie;
  • Bon Bazaar;
  • Park in beeld fotoproject;
  • Film Plein Publiek;
  • Wandelingen onder leiding van een gids;
  • Videodocumentaire;
  • Tijdelijke speeltuin;
  • Cinémadam;

Het communicatie- en participatieproces werd georganiseerd vanuit een samenwerking tussen de dienst Marketing & Communicatie, het Wervend Programma en het Stedelijk Wijkoverleg. Vanuit de permanente samenwerking tussen deze drie diensten en met het stedenbouwkundig team ontstond een geïntegreerde teamwerking

  • De dienst Marketing & Communicatie: participatie vertrekt vanuit correcte, duidelijke en regelmatige informatie over het project. Hiervoor stond deze dienst in met onder meer nieuwsbrieven, website, rubrieken in het stedelijke informatieblad De Antwerpenaar;
  • Wervend Programma: via middelen van het Sociaal Impulsfonds en het Federaal Grootstedenbeleid werden twee personeelsleden ingezet voor de organisatie van het Wervend Programma. Klemtoon op beleving via socio- culturele activiteiten op het terrein. Het Wervend Programma kan zo een ‘dood moment’ in de communicatie invullen of juist ingezet worden om een hoogtepunt van de communicatie te ondersteunen. Door het wervend programma komt het accent wat de informatie, communicatie en participatie betreft op ‘events’ te liggen. Door hun inzet van mensen en middelen was jaarlijks een groter event zoals ‘park in zicht’ of  ‘focus op het noord’ mogelijk;
  • Het stedelijk wijkoverleg is verantwoordelijk voor de organisatie van de inspraak in de Antwerpse stadswijken. Het stedelijk wijkoverleg zorgde voor de inspraak en participatie over de plannen voor Park Spoor Noord, dit via workshops, debatavonden, praatcafé,… Dit participatiespoor entte zich op de stappen en beslissingen die in het planningsproces werden opgenomen.

Het projectenhuis Spoor Noord

Het voormalige Damstation werd gerenoveerd en ingericht als permanent projectenhuis. Dit projectenhuis, centraal gelegen in het gebied, werd vanaf het najaar 2005 de spil van het hele Spoor Noord-gebeuren. Medewerkers van zowel Sociale Zaken als Stadsontwikkeling hadden er hun kantoor en het informatie- en documentatiecentrum voor de buurt was daar gevestigd. Alle Spoor Noord gerelateerd overleg ging hier door. Het fysiek samen een ruimte delen door zowel stedenbouw-kundigen als inspraakbegeleiders en de uitvoerders van het wervend programma was deel van het succes. Het mandaat dat zij kregen vanwege het beleid en de relatieve autonomie waarin dit team kon werken stond garant voor een gedreven en creatieve aanpak. Ook permanent aanwezig zijn op het terrein betekende een meerwaarde.

De financiering

Via het Federaal Grootstedenbeleid en het Doelstelling II-programma van de Europese Unie ontving de stad voor 38 miljoen euro aan middelen voor de herontwikkeling van het spoorwegemplacement, voor andere impulsen in het Spoor Noord gebied (Lobroek, slachthuissite,..) en voor de publieke participatie. Deze subsidies lieten de stad toe om personeel aan te werven. Twee personeelsleden legden zich permanent toe op de uitvoering van het wervend programma. Het totale participatiepakket ingezet bij Spoor Noord is goed voor ongeveer 20% van het planningsbudget of 3% van het totale investeringsbudget.

Evaluatie

Het participatieproces heeft geleid tot een rijker en meer gedragen ontwerp. Rijker in de zin dat de ontwerpers en de lokale beleidsmakers via de participatie een dieper inzicht kregen in de opgave en de sleutelkwesties en gedwongen werden bepaalde keuzes meer omzichtig te maken en sterker te argumenteren.

Een ‘werkgroep spoorwegemplacement’ trad op als kritisch klankbord voor de ontwerpers. Zij documenteerden zich grondig, brachten bezoeken aan parken in binnen- en buitenland en volgden het proces kritisch maar constructief. Ze schoven vier pijlers naar voren in het programma dat ze nastreefden: behoud van de vorm van het terrein; een groene long voor de wijk; hergebruik van de spoorweggebouwen en ten slotte de verdere ontwikkeling van de wijk. Het is zonder meer de verdienste van deze ‘werkgroep spoorwegemplacement’ dat bijvoorbeeld de bestaande spoorweggebouwen werden herbruikt. Vanuit deze vier pijlers volgden ze ook kritisch de plannen op voor de invulling van het terrein en hiervoor maakten ze een ‘tien eisen pakket’ op. Meer informatie over de werking van de ‘werkgroep spoorwegemplacement’ en dit ‘tien eisen pakket’ vind je hier

De vraag vanwege de buurt om iets te doen met water in het toekomstige park, bleek een gouden tip en is nu één van de succesfactoren voor het park. Ook het behoud van de shelter, de centrale loods op het park, is met dank aan de protesten vanuit de buurt een feit. Een afbraak van deze centrale loods stond immers eerst op de agenda van het College maar werd uiteindelijk afgevoerd na bewonersprotest. Deze shelter als plaats voor ontmoeting en activiteiten en de aanwezigheid van water geven het park nu ook bijzondere allure zodat het meer is dan een doorsnee park.

Een regelmatige toetsing in het ontwerpproces aan de input van de participatie en een rechtstreekse confrontatie met de bewoners en stadsgebruikers op het terrein via activiteiten van het Wervend Programma houdt de ontwerpers, de projectleiders en politici scherper en brengt de mensen letterlijk in beeld in het proces.

Ook de openheid van de ontwerpers en hun interactieve aanpak is ongetwijfeld een kritische succesfactor. Zij namen met veel interesse deel aan participatieactiviteiten, gingen vlot het debat aan met buurtbewoners en stonden open voor suggesties en de inbreng vanuit de lokale gemeenschap.
 
Participatie structureel verankerd

Participatie was geen vrijblijvende oefening in dit proces. De communicatie- en participatiedeskundigen maakten deel uit van de overlegstructuur van dit stadsontwikkelingsproject en het communicatie- en participatiespoor was structureel verankerd binnen het planningsproces en vanuit de samenstelling van een multidisciplinair team dat dagelijks samenwerkte in het projectenhuis Spoor Noord.

Gerichte participatie: project en kader moeten duidelijk zijn

Het participatieproces in Spoor Noord was heel gericht, bepaalde elementen van het project werden meer dan andere, voor participatie aangebracht. Voor die delen die intensief aan bod kwamen was er een engagement om de input ook maximaal te laten doorwerken in het ontwerp. Bijvoorbeeld de routing doorheen het Park Spoor Noord is ingegeven door de bewoners. Daarnaast zijn er onderdelen van het project waarrond gecommuniceerd werd maar geen intensieve inspraak plaatsvond  bv. de densiteit van de ontwikkeling van de kop van Park Spoor Noord of het statuut van de Noorderlaan werd niet beslist op basis van het aantal bewoners dat voor of tegen is, maar op basis van stedenbouwkundige, architecturale en financiële criteria.

Andere leerpunten vanuit dit participatieproces

  • verschillende doelgroepen vragen om een verschillende aanpak;
  • het belang van een pedagogische attitude en taalgebruik (geen vakjargon) en de ondersteuning door een mediator;
  • betrek de bewoners zo vroeg mogelijk in het proces;
  • praat over de wijk in positieve termen, spreek eerder over kansen dan over problemen;
  • vier de mijlpalen in het proces;
  • maak gebruik van 3D-presentaties en beelden. Heb aandacht voor een sterke grafiek: iconografisch, verbeeldend, verhelderend voor een ruim publiek. De affiches over ‘park in zicht’ waren in die zin een voltreffer in de communicatie en bereikten een zeer breed publiek;
  • organiseer regelmatig events op de plaats van verandering;
  • investeer in personeel en budget, maak middelen vrij voor de participatie;
  • een kleine actieve bewonersgroep als kritisch klankbord doorheen het proces had een zeer waardevolle inbreng en hield iedereen scherp.

Informatiebronnen en contactgegevens

Een goed overzicht van het projectverloop en verschillende nota’s vind je op de website van de werkgroep spoorwegemplacement: http://users.skynet.be/emplacement/werkgroep.htm

Een uitgebreide powerpoint-presentatie met talrijke foto’s en beeldmateriaal vind je hier.

Hardwin Dewever en Ellen Lamberts
AG Stadsplanning Antwerpen
Francis Wellesplein 1
2018 Antwerpen
03/3385123
Artikel: uw stadsproject, klaar terwijl u (ver-)wacht? Kitty Haine & Hardwin De Wever

Programma’s voor stad in verandering (voormalig Wervend Programma)
Kristof Baeyens
Stad Antwerpen / samen leven / woonomgeving / buurtregie
Den Bell - Francis Wellesplein 1
2018 Antwerpen
03/3386249

De Vaartkom – Leuven

Algemene context van het project

‘De Vaartkom’, als voorwerp van het zo genoemde stadsontwikkelingsproject, is het gebied op de grens van Leuven centrum (noordelijk gedeelte) en de deelgemeentes Wilsele en Kessel-Lo. Het gebied ligt rond ‘de Vaart’, het kanaal Leuven-Mechelen. Zowel de Grote Markt als het station en de oprit van de autosnelwegen E314/E40 zijn slechts één kilometer verwijderd. Het is één van de zeldzame plekken in Leuven met een grootstedelijk aanvoelen, en de grote industriële bakstenen blokken, de jachthaven, de immense tussenruimten, de oprijzende Keizersberg en het overscherende viaduct aan het Engels plein, geven deze plek een zeer eigen karakter.

Het huidige uitzicht van dit stadsdeel is vooral ontstaan in de jaren na de Tweede Wereldoorlog. Tijdens de oorlog werd deze strategische plek nagenoeg helemaal verwoest. In de naoorlogse jaren herbouwde men het gebied op een éénduidige manier. De voormalige classicistische gebouwen werden vervangen door een grootschalige industriële site met enorme modernistische bakstenen gebouwen die silo’s en productie-eenheden herbergden.

De voedselverwerkende industrie concentreerde zich verder rond de vaart en maakte ervan gebruik voor het transport en de productie. Stella Artois had er (en AB Inbev heeft in de buurt nog steeds) zijn brouwerijen, mouterijen, graanmolens, silo’s. Marie Thumas verwerkte er de groenten en verpakte ze in conserven. Vanaf de jaren zestig kantelde de situatie. Vele activiteiten verdwenen, en het was zoeken naar nieuwe invullingen voor deze immense gebouwen omringd door druk autoverkeer. Terwijl de wijken in de omgeving van de Vaartkom zienderogen verbeterden, bleven de verhoopte ontwikkelingen aan de Vaartkom grotendeels uit.

De nu al historisch belangrijke transformatie van de Vaartkom is einde jaren tachtig van de vorige eeuw begonnen met een ontwikkelingsplan van het Projectteam Stadsontwerp (KU Leuven) o.l.v. professor Marcel Smets. Om de nieuwe ontwikkelingen juridisch mogelijk te maken, werd aan het eind van de jaren negentig een BPA opgemaakt. Kort erna besliste het toenmalige Interbrew om haar industriële activiteiten in de Vaartkom stop te zetten. Dit vereiste een grondige herziening van de plannen. Daarom werd tussen 2003-2005 een nieuw masterplan opgesteld door het Leuvense BUUR (Bureau voor Urbanisme) voor de Vaartkom, dat de jaren erna stelselmatig verder verfijnd is.

Aan de hand daarvan maakte de stad 4 nieuwe ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) op. Het ontwerp maakt van een industrieel vervallen stadsdeel een nieuwe stadswijk, met 2200 woongelegenheden waaronder een aantal sociale huur- en koopwoningen, parken en pleinen waaronder onder andere de integratie van het park van de Abdij van Keizersberg, een school en kinderopvang, een cultuurcentrum, een grote parkeergarage, een brugverbinding met Wilsele-dorp over de ringweg, een nieuwe brug over de Vaart, een jachthaven, de aansluiting met de zuidelijke stadswijken via een groot park,... De uitvoering van het hele plan zal minstens de periode tot 2025 in beslag nemen.

Van de 45 ha van de ontwikkeling is slechts een klein percentage in handen van stad Leuven; de grootste stukken waren in handen van Inbev. Het grootste gedeelte van het te ontwikkelen gebied is nu in handen van privé-ontwikkelaars. Met de RUP’s probeerde de stad zoveel mogelijk te sturen, bvb. qua te voorziene ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen en soort woningen.

Vergelijking met Park Spoor Noord

De vergelijking met Park Spoor Noord gaat vooral op voor het Wervend Programma en de participatie aan de invulling van de openbare ruimtes. Omdat de stadsontwikkeling van de Vaartkom nog een tiental jaren in beslag zal nemen, is de evaluatie uiteraard voorlopig en onvolledig. In hoeverre inbreng van de buurt zal meegenomen worden in het masterplan publieke ruimte is bijvoorbeeld nu nog niet duidelijk.

Verschillen in aanpak en context met Antwerpen:

  • veel beperktere personeelsinzet en budgetten qua communicatie/wervend programma/participatie (2 medewerkers van  de dienst communicatie stadsvernieuwing die het project (naast vele andere projecten) opvolgen, en de reguliere en het grootste deel van de wervende communicatie op zich nemen: raming tijdsinvestering 2010 0.2 VTE / 2 medewerkers van de afdeling gebiedsgerichte werking (directie sociale zaken) die in 2008 werden betrokken voor de klassieke hoorzittingen en buurtbetrokkenheid, en aan de werkgroep communicatie van de Vaartkom deelnamen, en ad hoc gezamenlijke projecten doen: raming tijdsinvestering 2010 0.3 VTE / de projectmanager bij het Autonoom Gemeentebedrijf Stadsontwikkeling Leuven (3/5 VTE) startte oorspronkelijk met de werkgroep communicatie en werkte mee aan initiatieven, maar die taak is nu uit haar takenpakket verdwenen);
  • er is niet voor participatie van de buurt en de bevolking gekozen bij het stadsontwikkelingsontwerp, o.a. omwille van de complexiteit van het dossier; daarentegen wordt er wel ingezet op participatie bij het Masterplan en (in de latere fases) bij de concrete invulling van de publieke ruimtes.

Algemene aanpak

Een ambtelijke werkgroep communicatie stuurt het geheel aan, met terugkoppeling naar en goedkeuring door het college. Het geïntegreerde communicatieplan 2008- 2014 is de basis voor de huidige en toekomstige communicatie en participatie.

Reguliere communicatie
 
Met reguliere communicatie wordt zoals bij Park Spoor Noord informatie en procedurele communicatie bedoeld. Ze gebeurt zeer planmatig en uitgebreid, door de dienst communicatie stadsvernieuwing.

Stadsbreed:

  • enkele edities van het stadsvernieuwingsmagazine ‘Mozaïek’, waaronder de geplande jubileumeditie n°25;

    Mozaiek 12’: stadsontwerp van Buur als basis + wandelroute (verschenen in november 2007);
    Mozaiek 15’ : concretere projecten en openbaar onderzoek RUP als basis (verschenen in september 2008);
    ‘Mozaïek 22’: deel van Monumenten-Mozaiek (september 2010);
    ‘Mozaïek 25’: groot deel feestnummer Mozaiek nr. 25 (zal verschijnen half 2011).
  • website met basisppt., filmpjes, RUPs… ;
  • stad Leuven info (wekelijkse bijlage De Streekkrant) ;
  • procedurale infovergaderingen.

Buurt:

  • tweemaandelijkse nieuwsbrief Vaartkom Actua;
  • artikels in driemaandelijkse wijkkranten (3 aangrenzende aandachtsbuurten) (Gebiedsgerichte werking en stedelijk buurtwerk);
  • Informatievergaderingen in de buurt (Infohuis Stadsvernieuwing), enkele afgestemd op doelgroepen (bij Verenigingen waar armen het woord nemen, buurtwerking,…).

Wervend programma

Het wervend programma werd en wordt gestuurd vanuit de werkgroep communicatie van de Vaartkom. De uitwerking gebeurt met allerlei partners, intern en extern. Het gaat over creëren van buurtbetrokkenheid, animatie, doorgedreven aantrekkelijke vormen van informatie ter plekke, sociaal-culturele projecten, maar ook over het aantrekken van investeerders, kopers en andere partners.

Reeds ingezet of continu:

  • Rondleidingen op terrein, ook voor doelgroepen;
  • MP3-wandelingen;
  • Maquette Vaartkom tentoongesteld in openbare bibliotheek, met tentoonstellingspanelen;
  • Info-infrastructuur ter plaatse (nu op Keizersberg);
  • stadsspel “Leuven-la-Neuve” voor scholen, waarin stadsontwikkeling algemeen en onderdelen van de Vaartkom worden belicht;
  • Vaartchallenge (sinds 2005, directie sport);
  • Open Monumentendag 2010 en alle edities sinds 1989, in 2010 met Mozaïek;
  • Vaartkom Weerspiegeld (zie verder);
  • Jaarbeurs in Brabanthal: 400m² sfeerbeelden over “Vaartkom 2020” (Infohuis Stadsvernieuwing);
  • Feestelijkheden (2009: opening cultureel jaar op park Keizersberg - directie cultuur en cultuurcentrum 30CC / 2010: openingsfeest park Keizersberg met medewerking van 15 buurtorganisaties ‘Keizer Karel Picknick’ - directie communicatie en gebiedsgerichte werking)

Gepland:

  • 2011: onthaalfeest nieuwe bewoners Vaartkom, met overhandiging geschenk (boek en DVD Vaartkom Weerspiegeld)
  • 2012: wervende activiteit ter plaatse om buurtbetrokkenheid en verbinding met omliggende buurten en Vaartkom, nog uit te werken
  • 2013: Te land, ter zee en in de lucht (concept nog uit te werken, in functie van voortgang van de werken)

Participatie

In 2007 – 2008 werden de 4 RUPs uitgewerkt op basis van het stadsontwerp van BUUR, en in 2009 werden deze goedgekeurd door de Gemeenteraad. Bij deze RUPs was geen participatie van de bevolking, behalve via de kanalen door de wet voorzien: via GECORO en door middel van bezwaarschriften.

In 2009 - 2011 volgt dan de opmaak van het Masterplan Publieke Ruimte. Het masterplan vormt het kader voor alle toekomstige ontwerpen van de openbare ruimte zoals parken, pleinen, doorgangswegen,… zowel van de private bouwheren als voor de publieke delen. Na een wedstrijd werd het ontwerp ervan toegewezen aan OMGEVING samen met landschapsarchitecten OKRA uit Utrecht en ARA uit Edegem.

De participatie die gebeurt in de Vaartkom gaat over de invulling van deze publieke ruimtes. Ze startte in een latere fase dan in Antwerpen Park Spoor Noord, met name ná het wedstrijdontwerp en toewijzing ontwerp MPR - maar wel vóór de opmaak van het ontwerp na de toewijzing.

Naargelang de publieke ruimtes worden aangepakt, zal er steeds opnieuw participatie georganiseerd worden, ook bvb. voor de tijdelijke invulling van een aantal anders voor lange tijd braakliggende stukken.

Reeds ingezet:

  • ‘Vaartkom Geknipt en Besproken’ (Gebiedsgerichte werking i.s.m. partners en stadsdiensten, zie verder)
  • Ad hoc overleg tussen buurtorganisaties en diensten
  • Bespreking invulling Engels plein met jongerenorganisaties uit de buurt, met de stadsdiensten, enz.

Gepland:

Participatiemomenten voor buurtbewoners volgens voortgang van het project.

  • participatietraject met jongeren voor de invulling van een deel van het Engels Plein (jeugddienst, sportdienst, gebiedsgerichte werking)
  • tijdelijke invulling Sluispark, tijdelijke invulling Tweewaterspark: 2011

Andere in de periode 2012 – 2025 volgens voortgang werken: invulling Sluispark, invulling Tweewaterspark, brug naar Wilsele-dorp, Dijlepad,…

Vaartkom weerspiegeld

Dit project startte in 2008, om buurtbetrokkenheid te realiseren en de Vaartkom in de kijker te zetten. Op dat moment was participatie bij de plannen niet mogelijk. Het oorspronkelijke doel van de werkgroep communicatie was om de Vaartkom op een andere manier te bekijken, en om te documenteren, voor en tijdens de ontwikkelingen. De concrete inhoud van dit initiatief werd echter vanaf het begin in handen van de deelnemers (buurtbewoners) gelegd. Rekrutering voor het project met een brief in de brede buurt en een oproep via de algemene infokanalen van de stad en de wijkkranten. Een wijkmanager van de afdeling gebiedsgerichte werking en een medewerker van de dienst communicatie stadsvernieuwing begeleidden dit initiatief.

De samenstelling van de projectwerkgroep was heel divers, zowel qua leeftijd als qua socio-economische achtergrond, met onbekende individuele buurtbewoners maar ook een aantal ‘usual suspects’ van sociale buurtverenigingen en buurcomités. Ze kozen voor een reminiscentieproject en een fotowerkgroep. Resultaat is een boek Vaartkom Weerspiegeld, met DVD, dat de beleving van de Vaartkom door vroegere bewoners en werknemers verhaalt in woord en beeld. Nieuwe bewoners krijgen het boek met DVD cadeau, om verbinding te creëren met het verleden, en tussen de nieuwe, de huidige en de vroegere buurtbewoners.

Intensieve begeleiding door de wijkmanager van de afdeling Gebiedsgerichte werking was essentieel voor het product en het bewaken van het momentum (en uiteraard alle technisch-financiële in en outs van een stadsadministratie). De werkgroep brainstormt enthousiast over een voortzetting van het project.

Vaartkom geknipt en besproken

Het Masterplan Publieke Ruimte vormt het kader voor alle toekomstige ontwerpen, zowel van de private bouwheren als voor de publieke delen. Het zogenaamde masterplan moet de hele Vaartkom - in al zijn verschillende aspecten - een duidelijke identiteit geven. Geen vanzelfsprekende opdracht aangezien de Vaartkom uit verschillende delen bestaat, over vele jaren gespreid zal opgebouwd worden en - niet onbelangrijk – verschillende bouwheren kent.

In 2010 organiseerde de stad twee praatcafés, gecombineerd met creatieve workshops, rond dit Masterplan. Er werd op functioneel niveau gedacht, rond Ontspannen, Zich verplaatsen, Ontmoeten en communiceren, en Consumeren. De ontwerper was aanwezig om input rechtstreeks te horen en te verzamelen. Je vindt hier het verslag TR5 verslag_besproken_geknipt van deze bijeenkomsten.

Ook in 2010 werd dan nog eens een groot overleg met alle diensten georganiseerd door de afdeling Gebiedsgerichte Werking over dit Masterplan en over de al meer concrete invulling van het Engels Plein.

Evaluatie

De Vaartkom biedt door zijn schaal en lange doorlooptijd ongeziene mogelijkheden voor communicatie, zowel wervende als informatieve als participerende. Het project heeft daarentegen ook veel uitdagingen en moeilijkheden qua beheersbaarheid, omwille van die timing, maar vooral omwille van de vele partners waarvan de meeste privépartners zijn. Een goede coördinatie van alle initiatieven, en voldoende terugkoppeling naar alle betrokken partijen is essentieel bij alle communicatie en informatie.

In de omliggende buurten zijn buurtwerkingen actief, twee stedelijke en één privébuurtwerk mee gesubsidieerd vanuit de stad. De vertrouwdheid van de wijkmanagers met, en de netwerken in die wijken was een grote troef bij het realiseren van vele acties.

(Kleine) participatietrajecten en wervende acties, en ook de daardoor toenemende verstrengeling van netwerken (coöptatie/infiltratie) van burgers en van ambtenaren, onderling mar ook met met elkaar, schept duidelijk verwachtingen bij alle partijen naar de duurzaamheid van deze betrokkenheid. Of en hoe dit waargemaakt kan worden moet nog blijken.

Informatiebronnen en contactgegevens

Sigrid Vanheukelen, wijkmanager (Vaartkom Weerspiegeld, Keizer Karel Picknick)
Karolien Meuwissen, wijkmanager (Vaartkom Geknipt en Besproken)
Geertrui Vanloo, coördinator
Afdeling Gebiedsgerichte werking, directie sociale zaken stad Leuven
016/272616
wijkmanagement@leuven.be

Geert Antonissen en Karlien Stroeykens
alle reguliere en wervende communicatie zoals Mozaiek, mp3-wandelingen,…
Communicatie stadsvernieuwing, directie communicatie stad Leuven
016/272272
infohuis@leuven.be

Veronique Charlier en Renilde D’Haese
Directie ruimtelijke ontwikkeling stad Leuven
016/272555
ruimtelijke.ordening@leuven.be

Veronique Henderix
Projectbeheerder Vaartkom stad Leuven
Autonoom Gemeentebedrijf Stasdvernieuwing Leuven
016/272677
agsl@leuven.be