Ook in 2012 was de focus van het project vooral intern gericht. Het proces van de denktafels werd bekroond met een sterk uitgewerkte aanbevelingennota. Twee trajecten waarbij De Genks een antwoord zocht op de vaststelling die tijdens de eerste dialoogfase werd gedaan (nl. Hoe komt het dat we minder Genkenaren van Turkse en Marokkaanse origine hebben kunnen bereiken met de uitdagersgroep?), werden opgestart. De uitdagers werden in 2012 minder nauw betrokken bij de verschillende stappen om dat dit inhoudelijk niet wenselijk was, maar tevens omdat de groep uitdagers aangaven hiertoe minder behoefte te hebben.
Januari 2012: Aanbevelingennota van de vijf denktafels
Op 31 januari werd de aanbevelingennota van De Genks voorgesteld aan het bestuur. Per thema (werk, dienstverlening, samenleven, vrije tijd en onderwijs) kwam de denktafel tot een grondige analyse van de Genkse situatie. Daarop werden aanbevelingen aan het stadsbestuur geformuleerd waarbij het verminderen van segregatieprocessen in de Genkse samenleving een blijvend aandachtspunt was. In totaal formuleerden de 6 denktafels 28 aanbevelingen.
De aanbevelingen bestonden uit quick wins en lange termijn doelen. Wat de quick wins betreft, gingen de verschillende diensten samen en met het projectteam van De Genks op zoek naar manieren om deze aanbevelingen in acties om te zetten. De overige aanbevelingen werden meegenomen in het beleidsvoorbereidend proces dat in 2013 werd opgestart.

Het traject etnocommunicatie
In de loop van 2011 voerde de dienst Communicatie een telefonische enquête onder de Genkse bevolking met als doel na te gaan hoe de Genkenaar dacht over de communicatie van de stad. De enquête leverde een idee van de globale appreciatie voor www.genk.be en het stadsmagazine '3600'. 378 Genkenaren werkten hieraan mee. Zij waren echter voornamelijk vrouwelijk, ouder en witter.

Dienst Communicatie diepte vervolgens het verworven beeld verder uit in samenwerking met De Genks via focusgesprekken met groepen van Turkse en Marokkaanse origine. Komt onze stadscommunicatie 'aan' bij Genkenaren van Turkse of Marokkaanse origine? Kennen ze onze communicatiekanalen en zo ja, wat is de waardering? Hoe informeren Genkenaren van Turkse of Marokkaanse origine zich? En hoe kunnen we daarop meer inspelen? De gekendheid, de waardering en het gebruik van de communicatiekanalen stonden in deze gesprekken centraal.

De focusgesprekken werden door stadsmedewerkers, die organisatiebreed betrokken zijn bij de stadscommunicatie afgenomen. 21 stadsmedewerkers uit verschillende diensten kregen hiertoe een korte opleiding van Levuur. Door mee te stappen in het traject kregen zij de kans om een leerrijke ervaring op te doen en in contact te komen met hun 'klantengroepen'. Na de training werden de stadsmedewerkers in duo gekoppeld. De Genks vroegen aan de Genkse verenigingen met een Turkse of Marokkaanse achtergrond of ze bereid waren om aan dit traject deel te nemen. In totaal bereikten we zo een twintigtal verenigingen. Daarnaast brachten we ook twee groepen van niet-verenigde Genkenaren bijeen om zo een vertekend beeld tegen te gaan. In totaal bereikten we met dit traject een 200-tal Genkenaren van Turkse en Marokkaanse origine. Tijdens de focusgesprekken werden de duo's ondersteund door een diversiteitsmedewerker van de dienst Diversiteit en Educatie. Het volledige verslag van de focusgesprekken vind je hier.

Het resultaat van de gesprekken werd tijdens een interactieve middagsessie aan het stadspersoneel gepresenteerd. Ze kregen er de mogelijkheid om zelf bedenkingen op de resultaten te formuleren. Het eindresultaat van het etnocommunicatie-onderzoek is tweeledig. Enerzijds omvat het een rapport en een reeks aanbevelingen aan het stadsbestuur met betrekking tot de stadscommunicatie. Anderzijds, heeft het traject aan een groep stadsmedewerkers de mogelijkheid geleverd om in contact te komen met hun 'klantengroep'. Bepaalde veronderstellingen over de stadscommunicatie en Genkenaren van Turkse of Marokkaanse origine werden doorprikt.

De Participatietweedaagse: 4 en 5 september 2012
Het traject etnocommunicatie startte vanuit de bezorgdheid die gegroeid was uit de eerste dialoogfase van de uitdagers. Men stelde zich de vraag waarom het zo moeilijk was om Genkenaren van Turkse of Marokkaanse origine te bereiken en te betrekken bij De Genks. Deze vraag viel uiteen in twee deelaspecten: bereiken we deze Genkenaren überhaupt (een antwoord op deze vraag werd in het traject Etnocommunicatie gezocht)? Een tweede vraag was: wat als er wel degelijk bereik is, maar deze Genkenaren niet de stap zetten om deel te nemen? Deze laatste vraag werd bewust uit het etnocommunicatietraject gehouden om er zo een afzonderlijk traject rond participatie op te starten.

Op 4 en 5 september organiseerde De Genks samen met het Kenniscentrum Vlaamse Steden een tweedaagse workshop 'Hoe burgers van andere origine betrekken bij stedelijke initiatieven?'. Veertig deelnemers (Genks stadspersoneel en medewerkers van andere Vlaamse besturen en organisaties) bogen zich over vier concrete participatievraagstukken waarmee het Genkse bestuur geconfronteerd wordt. Ze werden aangeleverd door verschillende stadsdiensten: de dienst Jeugd (participatie aan het workshopaanbod voor jongeren), de dienst Wijkontwikkeling (participatie aan wijkinitiatieven), de dienst Cultuur (participatie aan het aanbod van het cultuurcentrum) en de dienst Economie (handelaarsparticipatie). Het stadsbreed werken werd verder versterkt doordat ook andere stadsdiensten aan de tweedaagse participeerden. Hierdoor werden de vraagstukken integraal en multidisciplinair benaderd. De tweedaagse resulteerde in vier actieplannen met voorstellen - de een al concreter dan de ander - om het desbetreffende vraagstuk aan te pakken. Het dagelijks bestuur van De Genks en de stuurgroep 'Participatietweedaagse' stelden aan de stadsdiensten die een casus aanleverden voor om, onder begeleiding van Levuur, een nazorgtraject af te leggen. We werkten tenslotte aan een uitgebreid verslag van de tweedaagse.